De gebeurtenissen rondom de voetbalwedstrijd Ajax – Maccabi Tel Aviv zorgen al wekenlang voor veel onrust. Het idee om paspoorten of nationaliteiten in te trekken, is een complex vraagstuk. Deze optie wordt al jaren bepleit door PVV-leider Geert Wilders en werd recent ook door premier Dick Schoof aangehaald. De maatregel heeft zowel juridische als maatschappelijke implicaties en is sinds 2017 maar 58 keer opgelegd. Het recente incident, waarbij jongeren in Amsterdam Israëliërs aanvielen, heeft deze discussie opnieuw doen oplaaien. Maar hoe werkt het intrekken van een paspoort of nationaliteit precies en is het in een situatie als deze juridisch uitvoerbaar?
Het juridische onderscheid
Allereerst is het van belang om het verschil te duiden tussen het intrekken van een paspoort en het afnemen van het Nederlanderschap. Dit zijn twee verschillende juridische maatregelen met uiteenlopende gevolgen. Beide worden toegepast in uitzonderlijke omstandigheden, maar verschillen in impact, voorwaarden en gevolgen. Als het paspoort wordt ingetrokken, verliest de burger tijdelijk of permanent het recht om met een Nederlands paspoort te reizen. Deze persoon blijft echter Nederlander en behoudt alle rechten die bij het Nederlanderschap horen, zoals verblijfsrechten in Nederland, stemrecht en toegang tot sociale voorzieningen. Het intrekken van een paspoort geschiedt op grond van de Paspoortwet. Dit gebeurt bijvoorbeeld als het paspoort is verkregen door misleiding of valse informatie tijdens de aanvraag.
Het afnemen van het Nederlanderschap is een meer ingrijpende maatregel. Hierbij verliest iemand niet alleen het reisdocument, maar ook diens status als Nederlands staatsburger. In deze situatie mag je niet langer in Nederland wonen of werken. Deze maatregel is onder andere geregeld in artikel 14 van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Alleen de minister van Justitie en Veiligheid kan besluiten het Nederlanderschap in te trekken, vaak na advies van veiligheidsdiensten en op basis van een gerechtelijke procedure. Deze tweede maatregel wordt eigenlijk beoogd door Wilders en premier Schoof, echter gebruiken zij niet de juiste juridische terminologie.
De weg naar stateloosheid
De aanval op Israëliërs door jongeren in Amsterdam is zonder twijfel een ernstig incident dat veel maatschappelijke verontwaardiging heeft opgeroepen. Toch is het juridisch gezien niet eenvoudig in deze zaak over te gaan tot intrekking van paspoorten of nationaliteiten. Voor een dergelijke maatregel zijn, zoals hierboven benoemd, strenge eisen gesteld. Daarbij kan het intrekken van de Nederlandse nationaliteit alleen doorgang vinden als de persoon naast de Nederlandse ook een andere nationaliteit bezit. Deze voorwaarde voorkomt dat iemand staatloos wordt, wat volgens internationale en EU-verdragen verboden is.
Daarnaast moet worden vastgesteld dat de betrokken jongeren schuldig zijn aan een strafbaar feit. Dit vereist een eerlijk proces en een vonnis van de rechter. Enkel verdenking of publieke verontwaardiging is niet voldoende om zulke ingrijpende maatregelen te rechtvaardigen. Het gedrag van de jongeren moet bovendien geschaard worden onder de categorieën waarvoor de wet dat toestaat, zoals terrorisme of ernstige bedreigingen van de staatsveiligheid. Het is op dit moment onduidelijk of de aanval op de Israëliërs onder een van deze valt. Hoewel haatmisdrijven of antisemitische aanvallen moreel verwerpelijk en mogelijk strafbaar zijn, worden zij juridisch over het algemeen niet als terrorisme aangemerkt.
Politieke truc of serieuze waarschuwing?
Het is de vraag of Wilders en premier Schoof daadwerkelijk achter hun uitspraken staan of dat het een politiek statement is. In het regeerprogramma hebben de coalitiepartijen afgesproken dat onderzocht moet worden of uitbreiding van de maatregel nodig is. De kans is echter ontzettend klein dat de huidige maatregel wordt toegepast op de jongeren die recent in Amsterdam voor hevige onrust zorgden. Daarbij staat het Europese Verdrag Inzake Nationaliteit in de weg om een paspoort af te pakken bij dergelijke misdrijven. De Nederlandse regering zou dan een verzoek moeten neerleggen in Straatsburg om dit verdrag aan te passen. Het idee om paspoorten of nationaliteiten in te trekken is weliswaar mogelijk, maar vereist een zorgvuldig proces en een duidelijke juridische basis. In dit specifieke geval lijkt het juridisch onmogelijk, maar de groeiende roep om strengere maatregelen na dergelijke ingrijpende incidenten wordt onderstreept.