De woningmarkt is de laatste maanden veel in het nieuws. De huizenprijzen schieten door het dak en schaarste speelt hierbij een grote rol. Ieder mens heeft in Nederland het recht op behoorlijke huisvesting, dit staat in artikel 11 IVESCR. Toch is het zo dat er op de woningmarkt dikwijls sprake is van discriminatie. Neem bijvoorbeeld huurders van buitenlandse afkomst die achtergesteld worden op huurders van Nederlandse afkomst. Het aantonen van discriminatie is alleen erg lastig, omdat er expliciet verwezen moet worden naar de afkomst van de huurder.
Bachar is ook een nette huurder
Ihsane Bachar (31) en haar man zijn samen op zoek naar een nieuwe en grotere huurwoning. Haar man verdient met zijn onderneming genoeg geld voor de huur en de oude huurbaas heeft een verklaring opgesteld dat zij betrouwbare huurders zijn. Je zou denken dat dit meer dan genoeg is om een goede woning te vinden. Ze hebben een bezichtiging en zijn ontzettend enthousiast, maar dan krijgen ze te horen dat ze niet in aanmerking komen voor het huis: de verhuurder wil alleen huurders van Nederlandse afkomst in zijn huis. Omdat Bachar een hoofddoek draagt, wordt zij afgewezen voor de woning. Zij diende een zaak in bij het College voor de Rechten van de Mens die vervolgens oordeelde dat er sprake was van discriminatie.
Uit onderzoek blijkt dat mensen die een woning zoeken en beschikken over een Nederlandse achtergrond 28% vaker een uitnodiging ontvangen dan iemand met een Marokkaanse achternaam, dit percentage is aanzienlijk hoog. Niet alleen de verhuurders zijn hier schuldig aan, de verhuurmakelaars leveren hier ook hun bijdrage aan. Bij vijftig mystery calls komt naar voren dat ruim negentig procent van de makelaars bereid is om mee te werken aan de discriminerende verzoeken van de verhuurders. Slechts vier makelaars gaven aan dat zij niet mee kunnen werken aan de discriminerende eisen.
Risicomijdende discriminatie
Dat ieder mens in Nederland het recht heeft op behoorlijke huisvesting, staat in de Algemene Wet Gelijke Behandeling (AWBG). Sinds 2011 is deze wet zelfs aangescherpt. De enkele verwijzing naar het privékarakter van de verhuur, bijvoorbeeld omdat verhuurder en huurder de woning met elkaar moeten delen, is niet meer genoeg om een beroep te doen op een uitzondering. Als blijkt dat mensen op basis van hun migratieachtergrond minder kans hebben op de woningmarkt is er sprake van discriminatie.Volgens onderzoeker Pieter-Paul Verhaeghe komt discriminatie vaak onbewust tot stand en is het niet zo dat alle makelaars of verhuurders geharde racisten zijn. Het is risicomijdende discriminatie, waarbij vooroordelen van mensen leidend zijn in de keuze die ze maken. Zij zijn zich dus helemaal niet bewust van de stelselmatige ongelijke behandeling.
Flitspaal Effect
Kajsa Ollongren, destijds minister van Binnenlandse Zaken, vindt de uitkomsten van de verschillende onderzoeken zorgwekkend en roept gedupeerde op om aangifte te doen. Volgens Ollongren belemmert het mensen om een bestaan in Nederland op te bouwen. Om de discriminatie tegen te gaan, dienen makelaars gecontroleerd te worden. Dit dient te gebeuren aan de hand van praktijktesten. Volgens Verhaeghe heeft dit hetzelfde effect als een flitspaal: de meeste van die kastjes werken helemaal niet, maar toch gaan mensen langzamer rijden. Uiteindelijk mag de eigenaar blijven kiezen wie er in zijn huis komt wonen, maar als mensen mogen komen kijken dan kan door het persoonlijke contact het vooroordeel doorbroken worden.