VN-Mensenrechtencomitélid Yvonne Donders: ‘Geen enkel land is mensenrechtenproof, Nederland zeker ook niet’

website formaat (3)

Yvonne Donders is net terug uit Genève, waar ze voor de vierde keer een maand lang rond de tafel heeft gezeten met andere comitéleden en partijstaten. Sinds januari 2023 is ze een van de achttien leden van het VN-Mensenrechtencomité dat toezicht houdt op de implementatie van het Internationaal Verdrag Inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (IVBPR). Daarnaast is ze hoogleraar Internationale Mensenrechten aan de Universiteit van Amsterdam. Voorheen was ze lid van het College van de Rechten van de Mens. Wij spreken Donders over haar werkzaamheden als comitélid, de toegevoegde waarde van dit comité en haar advies aan studenten. 

De waarde van het comité

Drie keer per jaar nodigt het comité acht partijstaten uit om naar Genève te komen. Op basis van door de staat ingediende rapporten en informatie van maatschappelijke organisaties en nationale mensenrechteninstituten stelt het comité een zogenaamde list of issues op: een lijst van problemen die spelen in het land omtrent de verdragsrechten. De comitéleden gaan vervolgens de dialoog aan met de staat, waarin ze verbeteringen en knelpunten bespreken. Uit de gesprekken komen aanbevelingen voort. Deze zijn niet juridisch bindend, maar ‘een aanbeveling van een Verenigde Naties comité kan een partijstaat niet zomaar naast zich neerleggen’. Bovendien geeft het nationale mensenrechtenorganisaties handvatten om hun staat aan te spreken en verantwoordelijk te houden voor het nakomen van internationale verplichtingen. ‘Het is wisselend per land wat met de aanbevelingen wordt gedaan.’ Sommige landen tonen zich voortvarender dan andere in dit opzicht. Daar komt bij dat bepaalde aanbevelingen makkelijker te implementeren zijn dan andere. ‘Institutioneel racisme is bijvoorbeeld niet in één dag opgelost.’  

‘Wij zijn comitéleden, geen rechters’

Naast de sessies met partijstaten behandelt het comité ook klachten van individuen over mensenrechtenschendingen. Voorbeelden van dergelijke klachten omvatten beperkingen op de vrijheid van de pers en het gebruik van excessief geweld tijdens arrestaties. Op basis van alle informatie vormt het comité een zogenaamde zienswijze. Ook deze is niet juridisch bindend, wat volgens Donders typerend is voor het multilaterale toezichtsysteem van de VN: ‘wij zijn comitéleden, geen rechters, zoals bij regionale mensenrechtenhoven’. Staten willen de mogelijkheid behouden om een uitspraak (deels) naast zich neer te kunnen leggen. Soms is er de  kritiek dat de zienswijzen de grenzen van het verdrag opzoeken en verregaande interpretaties worden gebruikt omdat ze niet juridisch bindend zijn. ‘We proberen binnen de juridische kaders van het verdrag te blijven omdat we geloofwaardig willen zijn. Hoewel staten de zienswijze naast zich neer kunnen leggen, willen we natuurlijk niet dat ze dat doen. Tegelijkertijd, het verdrag is niet statisch dus we interpreteren het in de hedendaagse context’ 

Balanceren

Een van de uitdagingen waarmee het comité wordt geconfronteerd, is de aanzienlijke achterstand bij de behandeling van individuele klachten. De voorbereiding van zaken is complex en vergt veel tijd. ‘Het is schrijnend om te zien dat mensen soms zes of zeven jaar moeten wachten op onze zienswijze, nadat ze al uitgeprocedeerd zijn op nationaal niveau.’ Bepaalde kwesties krijgen voorrang als het comité denkt dat het urgent is of dat het interessante jurisprudentie kan vormen. ‘Wij krijgen nu de eerste zaken over Russische activiteiten in Oekraïne binnen. Dan weet je dat het een bredere impact zal hebben.’ Ook zaken over inheemse volken die hun land verliezen door klimaatverandering hebben om deze reden prioriteit gekregen.  

‘Er is geen enkel land waarvan we zeggen: hier hebben we niks te bespreken’

Aan de andere kant is chronologie ook belangrijk; interessante jurisprudentie is voor een slachtoffer niet de reden voor het aanbrengen van de zaak. Om onherstelbare schade aan personen te voorkomen, heeft het comité de mogelijkheid tot interim-maatregelen. Dit gebeurt veelal bij uitzettingszaken en doodstrafvonnissen. ‘Wij zeggen dan: voer het vonnis niet uit totdat wij hebben beoordeeld of onze verdragsbepalingen, bijvoorbeeld een eerlijk proces, zijn gerespecteerd.’

Nederland het brave kindje van de klas?

Het IVBPR gaat over veel diverse kwesties. Dit zorgt ervoor dat de onderwerpen van de sessies met partijstaten uiteenlopen. De dialoogsessie met Somalië ging over kindsoldaten en andere geweldsproblemen; met Indonesië juist over het gebrek aan transparante verkiezingen. Er zijn vaak meerdere problemen die het comité zou willen bespreken, maar de uitdaging is om te focussen op de meest urgente punten. ‘Er is geen enkel land waarvan we zeggen: hier hebben we niks te bespreken.’ Als Nederlandse mag Donders niet deelnemen aan de partijsessies met haar eigen land. Ze vertelt wel over grote problemen die hier spelen op het gebied van mensenrechten, zoals de opvang van asielzoekers, de jeugdzorg en institutioneel racisme. Institutioneel racisme is een topic geworden door de toeslagenaffaire, maar het is volgens Donders een veel breder probleem. Ook geweld tegen vrouwen is een hardnekkig probleem in ons land waarbij weinig vooruitgang wordt geboekt. ‘Geen enkel land is mensenrechtenproof, Nederland zeker ook niet.’

Mensenrechtenmissie

Donders’ termijn als comitélid duurt nog tweeëneenhalf jaar, maar voor gedachten over herverkiezing is het nog te vroeg. Deze overweging is tevens afhankelijk van de potentiële ondersteuning van Nederland, aangezien deze steun cruciaal is om stemmen van andere landen te behalen. ‘Het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de permanente vertegenwoordiging bij de VN in New York hebben daadwerkelijk campagne gevoerd met mij.’ De functie van comitélid ambieerde Donders al langere tijd. Volgens haar is het belangrijk kennis van mensenrechten toe te passen in de praktijk. Zonder rechtendiploma is dit comité het hoogst haalbare orgaan op het gebied van mensenrechten. Het heeft Donders overigens nooit belemmerd dat ze geen rechtenstudie heeft gedaan. Ze raadt studenten aan om eens op een andere faculteit te kijken en zichzelf te verbreden. ‘Recht staat niet los van de maatschappij. Wees geëngageerd en geïnteresseerd in wat er om je heen gebeurt. En doe daar vervolgens wat mee.’

Meer over

Deel dit artikel

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven
Scroll naar top