Heb je er wel eens over nagedacht wat er gebeurt als je opeens door je ex-werkgever wordt aangeklaagd, maar je hebt geen geld om een advocaat te bekostigen? Dan krijg je door de overheid een advocaat toegewezen, toch? Nog wel, maar dat dreigt door overheidsbezuinigingen te verdwijnen. Of dat erg is? Bedenk maar eens wat het doet met de rechtsgelijkheid in ons land, als een groot deel van de bevolking geen toegang meer heeft tot de rechtshulp van een advocaat.
De arme advocaat
Het beeld dat het gros van de bevolking van advocaten heeft, is die van de commerciële advocaat die zich na een lange rechtenstudie heeft binnengewerkt bij een mooi kantoor, waarna diegene er naar Nederlandse maatstaven warmpjes bijzit. Naast deze categorie bestaat er echter nog een andere groep advocaten, namelijk die van de onderbelichte sociale advocaat. De sociale advocaat staat mensen bij die in een jaar minder dan €27.300 verdienen of gezinnen met een inkomen lager dan €38.600. Een inkomen waarvan wordt verwacht dat ze bij een juridisch geschil niet in staat zijn om de hoge advocaatkosten op te hoesten, waardoor er een door de overheid gefinancierde advocaat in arm kan worden genomen.
De sociale advocaat heeft net als de commerciële advocaat dezelfde rechtenstudie afgerond, maar heeft vanuit altruïstische gevoelens niet gekozen voor de weg van het grote geld. In tegenstelling tot de “gewone” advocaat verdient de sociale advocaat gemiddeld een maandsalaris van €2053. Ter vergelijking, dit is net zoveel als iemand die fulltime als winkelmedewerker bij de HEMA werkzaam is. Zonder iets af te willen doen aan de werkzaamheden van een winkelmedewerker steekt het maandsalaris van €2053 voor de sociale advocaat toch wel erg schril af bij de jarenlange studieinvesteringen, de opleidingskosten en de inkomsten van hun ambtgenoten in de commerciële sector.
De vergrijzende advocaat
Dit scheve verdienmodel van de sociale advocatuur is de uitkomst van jarenlange overheidsbezuinigingen op de gefinancierde rechtsbijstand. De beroepsgroep trekt al geruime tijd aan de bel. Volgens de advocaten zal het financieringstekort voor twee problematische gevolgen zorgen: of de advocaat zal zijn zaken door tijdsgebrek afraffelen, of steeds meer sociale advocaten kunnen hun werkzaamheden niet meer bekostigen en voelen zich genoodzaakt om te stoppen als sociaal advocaat.
Wie denkt dat de sociale advocatuur slechts een klein deel van de bevolking vertegenwoordigt, komt bedrogen uit. De groep Nederlanders die minder dan €27.300 verdient bestrijkt namelijk zo’n 38% van de bevolking. Daarmee vormt de sociale advocatuur een belangrijk anker in ons rechtsstelsel. Hoewel de goedbedoelde motieven van de sociale advocaten wellicht ver zullen reiken, zit er ook bij hen een grens aan hun altruïsme. Die grens lijkt door het structurele financieringstekort te zijn bereikt: er vindt al geruime tijd een terugloop en vergrijzing plaats binnen de sociale advocatuur.
Stakende advocaten
In een openbare brief aan minister Dekker wijst de Vereniging van Advocatenbelangen op de gevaren van de terugloop voor onze rechtsstaat. Een tekort aan sociale advocaten zou de rechtsgelijkheid immers flink in gevaar kunnen brengen. De vereniging vraagt in haar brief om een jaarlijkse financiële injectie van €127 miljoen, om zo de gevolgen van de jarenlange bezuinigingen te kunnen terugdraaien.
Na een door de advocatenvereniging aangekondigde staking heeft minister Dekker aangegeven bereid te zijn om over de komende twee jaar een toezegging te doen van €60 miljoen. Daarnaast ziet Dekker een oplossing in de renovering van het rechtssysteem. Daarbij komt meer nadruk te liggen op preventie van gerechtelijke procedures, denk aan een grotere rol voor mediation en bedrijfsjuristen. Dit moet ervoor zorgen dat de vraag naar sociale advocaten af zal nemen. Rechtsgeleerden erkennen dat een deel van de oplossing zeker in mediation te vinden is. Toch waarschuwen zij dat dit geen sluitende oplossing voor het probleem is.
Linkse hobby?
Hoewel de overheid haar geld maar een keer kan uitgeven en een bedrag van €127 miljoen per jaar niet niks is, moeten we de gevaren van een structureel financieringstekort niet over het hoofd zien. De sociale advocatuur dient niet langer te worden gezien als een linkse hobby, maar als een van de belangrijkste fundamenten voor onze rechtsstaat. Het afbreken van dit fundament zal een bedreiging vormen voor de rechtsgelijkheid, met alle gevolgen van dien…