Sophie Hulshof heeft het roer omgegooid na haar master privaatrecht. Zij ziet zichzelf meer als generalist dan als specialist en besloot haar heil in de managementwereld te zoeken.
Van jongs af aan was Hulshof sportief, ambitieus en goed in het organiseren van dingen. Qua studie heeft zij daarentegen nooit hoge ogen gegooid. “Dingen waar je niet veel energie uit krijgt en die niet ergens aan bijdragen, moet je gewoon efficiënt afhandelen zodat je verder kan.” De procesrechtvakken vond zij bijvoorbeeld verschrikkelijk, dus zij wist al snel dat zij daar later niets mee wilde doen. Het had daarom ook niet zoveel toegevoegde waarde om daar hard aan te werken. Maar vergis je niet, want als eerste lichting van het Utrecht Law College moest zij wel al haar vakken in één keer halen.
“Ik houd er niet zo van om te kijken hoe iets zit, maar meer om te bedenken hoe iets moet gaan…”
Pas na haar bachelor en tijdens haar bestuursjaar (bij een studentenvereniging) kwam Hulshof erachter dat zij bezig was met dingen die zij echt leuk vond. Dingen waar zij goed in was. Een toekomst als advocaat sprak haar niet aan, Hulshof vond te veel dingen interessant om zichzelf op maar één specifiek terrein te ontwikkelen. Daarnaast houdt Hulshof zich liever bezig met de grote lijnen dan de details en geniet zij van het doorbreken van patronen en regels. Zo kan zij zelf de nieuwe kaders bepalen: “Ik houd er niet zo van om te kijken hoe iets zit, maar meer om te bedenken hoe iets moet gaan en erop toe te zien dat het voortaan ook zo gaat.” Nadat Hulshof zich had bewezen tijdens de Business Course van Achmea ging het balletje rollen. Vrijwel direct aansluitend op haar master privaatrecht begon zij daar als managementtrainee. Tijdens haar traineeship draaide zij mee bij vier verschillende afdelingen en volgde zij een persoonlijk ontwikkeltraject waarbij de focus lag op haar drijfveren, kwaliteiten en doelen. “Zo kreeg ik steeds meer inzicht in wie ik ben en wat bij mij past. Na twee jaar wist ik dat mijn toekomst op het gebied van strategie en innovatie ligt.”
“Veel mensen vroegen zich af wat ik bij een verzekeraar te zoeken had, terwijl zo’n grote verzekeraar invloed heeft op de levens van maar liefst zes miljoen mensen. Als je daar iets in kan veranderen, heb je direct impact.”
Hulshof doet een MBA aan de Nyenrode Business Universiteitnaast haar baan. Zij vindt het geweldig dat zij alle theorie die zij daar leert meteen kan toepassen in de praktijk. Daardoor onthoudt zij de stof ook veel beter. “Als je mij nu dingen vraagt over mijn studie, dan ben ik vrij veel weer vergeten omdat ik het echt voor dát moment heb geleerd en nooit heb toegepast.” Een management master zou zij daarom niet per se gevolgd hebben als zij opnieuw mocht kiezen. Zodra zij haar MBA heeft gehaald, zal zij weer iets nieuws verzinnen om de combinatie tussen de theorie en praktijk te blijven leggen. In tegenstelling tot haar studententijd is haar motto nu: “Ik vind studeren leuk, dus het hoeft niet af.”
Inmiddels is Hulshof manager klantstrategie bij VvAA, maar die functietitel zegt volgens haar nog niet zoveel. “Ik zie mezelf meer als aanjager van vernieuwing binnen een organisatie, dan als manager.” Binnen haar team zijn er duidelijke kaders en heerst er veel vertrouwen. Om het experimenteren en de vernieuwing te stimuleren hangt er op kantoor zelfs een heuse ‘faalkalender’ aan de muur waar het team alle faalmomenten opschrijft. “Bij tien keer falen wordt er geborreld!” Die ongedwongen sfeer is natuurlijk niet het enige dat haar enthousiast maakt over haar baan. Zij houdt er sowieso van om dingen te creëren.
“… ik ga uit van mijn eigen talent en als dat hier niet meer gewaardeerd zou worden dan is dat wel ergens anders.”
Ze werkt vier dagen per week. Haar man werkt ook regelmatig een dag per week minder, maar er moeten wel prioriteiten worden gesteld voor de kinderen. Hulshof wil haar kinderen niet anders opvoeden dan zij is opgevoed. Dat is een pittige uitdaging, aangezien haar moeder er altijd voor haar is geweest. Een topvrouw van Achmea gaf Hulshof een gouden tip: “De dingen waarvan niet belangrijk is dat jíj ze zelf doet, moet je uitbesteden. Waarom zou ik een half uur op een dag besteden aan boodschappen doen, terwijl ik ook online kan bestellen en die tijd kan besteden aan kleuren met mijn kinderen?” Op de vraag of haar collega’s er gek van opkeken toen zij vier dagen per week ging werken, antwoordde zij gevat dat zij dat niet echt besproken had. Het was meer een mededeling. “Ik voel me niet afhankelijk van mijn werkgever, ik ga uit van mijn eigen talent en als dat hier niet meer gewaardeerd zou worden dan is dat wel ergens anders.”